De linkse populist bemoeide zich gedurende zijn presidentschap (sinds 1999)
graag met andere landen. Zo mengde hij zich graag met de politiek in andere
Latijns-Amerikaanse landen en haalde hij verbaal uit naar buitenlandse
politici met wie hij het niet eens was. Vooral de kapitalistische Verenigde
Staten onder president George Bush moesten het destijds ontgelden.

Enkele jaren geleden beweerde Chávez zelfs dat Nederland spionagevluchten door
Amerika mogelijk maakt vanaf de vliegvelden Hato en Reina Beatrix op Curaçao
en Aruba.

Socialistische gedachtegoed

Hugo Rafael Chávez Frías werd 28 juli 1954 geboren als zoon van een
lerarenechtpaar van indiaanse afkomst. Na zijn militaire opleiding studeerde
Chávez nog een blauwe maandag politieke wetenschappen. Hij koos daarna voor
een militaire loopbaan die 17 jaar zou duren.

De theorieën van Simón Bolivar, die in de 19e eeuw tegen het imperialisme
streed, legden de basis voor zijn socialistische gedachtegoed. Chávez
ontmoette in de kazerne jonge militairen, die net als hij vonden dat
Venezuela slecht werd geleid. In 1992 leidde Chávez een mislukte coup tegen
de zittende regering.

Hij belandde in de gevangenis, maar kreeg in 1994 amnestie. Chávez ging
vervolgens de politiek in en won in 1998 de presidentsverkiezingen. Bij zijn
aantreden als staatshoofd in 1999 beloofde hij de armoede te bestrijden en
de corruptie aan te pakken.

Conflict met de VS

In de praktijk bleek dat hij vooral uit was op het versterken van zijn eigen
macht. Hij wilde controle krijgen over de oliesector. Venezuela is de op
vier na grootste exporteur van olie ter wereld.

Door zijn pogingen de olie-industrie onder controle te krijgen, kwam Chávez
automatisch in conflict met Washington. Veel Amerikaanse bedrijven hebben
belangen in de Venezolaanse oliesector. Bovendien gruwde Chávez als
socialist van de Amerikaanse droom van een vrije handelszone.

Afgezet en weer in het zadel

Ook in eigen land stuitte de autoritair en grillig regerende Chávez op verzet.
Hij raakte in 2002 in conflict met tienduizenden werknemers van de nationale
petroleummaatschappij Pdvsa.

Ook in het leger, aanvankelijk zijn grootste machtsbasis, groeide de kritiek.
Veel militairen waren bang dat Chávez aanstuurde op een linkse dictatuur. Ze
pleegden een coup, maar na twee dagen zat Chávez met steun van loyale
troepen weer in het zadel.

Arabische Lente

In 2005 overleefde hij een referendum over zijn positie, waarna hij in 2006
werd herkozen tot president. Hij werkte nauw samen met de links
geöriënteerde leiders van zijn buurlanden. In 2009 richtten ze de Bank van
het Zuiden op om Latijns-Amerikaanse landen minder afhankelijk te maken van
het neoliberale Internationaal Monetair Fonds (IMF).

Tijdens de Arabische Lente bekritiseerde hij in 2011 westers georiënteerde
heersers als Hosni Mubarak in Egypte. Hij steunde echter de voormalige
Libische heerser Muammar al-Kaddafi en had kritiek op de aanvallen van de
NAVO tegen diens getrouwen.

Lees ook:

Venezolaanse president Hugo Chávez (58) overleden

Dit artikel is oorspronkelijk verschenen op z24.nl